bebouw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bebouw    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·bouw

Werkwoord

vervoeging van
bebouwen

bebouw

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bebouwen
    • Ik bebouw. 
  2. gebiedende wijs van bebouwen
    • Bebouw! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bebouwen
    • Bebouw je? 

Gangbaarheid

  • Het woord bebouw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.