bediedt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bediedt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·diedt

Werkwoord

vervoeging van
bedieden

bediedt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedieden
    • Jij bediedt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedieden
    • Hij bediedt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bedieden
    • Bediedt! 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.