begaffelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  begaffelen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·gaf·fe·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
begaffelen
begaffelde
begaffeld
zwak -d volledig

Werkwoord

begaffelen [2]

  1. overgankelijk behappen, bedisselen

Gangbaarheid

  • Het woord 'begaffelen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.