bereisd

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bereisd    (hulp, bestand)
  • IPA: /bəˈrɛist/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • be·reisd
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van bereizen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel [1]

Werkwoord

vervoeging van: bereizen…
verbogen vorm: bereisde

bereisd

  1. voltooid deelwoord van bereizen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen bereisdbereisderbereisdst
verbogen bereisdebereisderebereisdste
partitief bereisdsbereisders-

Bijvoeglijk naamwoord

bereisd [2]

  1. van een persoon dat deze veel reizen gemaakt heeft
    • Is Alisa Sjevtsjenko inderdaad een van Poetins cyber warriors? De beschuldigingen van het Witte Huis zijn niet te controleren. Maar één ding staat vast: de jonge hacker (haar exacte leeftijd wil ze niet geven) staat in veel opzichten model voor een generatie. Net als hun westerse leeftijdgenoten zijn Moskouse millennials hoogopgeleid en zeer bereisd, met een uitstekend gevoel voor de laatste trends en mode. In de digitale wereld voelen ze zich als een vis in het water.[3] 
Antoniemen
Afgeleide begrippen
  • bereisdheid
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bereisd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
87 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.