berouwt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  berouwt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·rouwt

Werkwoord

vervoeging van
berouwen

berouwt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zich berouwen
    • Jij berouwt je. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zich berouwen
    • Hij berouwt zich. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zich berouwen
    • Berouwt je! 

Gangbaarheid

  • Het woord berouwt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.