beschadigt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beschadigt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·scha·digt

Werkwoord

vervoeging van
beschadigen

beschadigt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschadigen
    • Jij beschadigt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschadigen
    • Hij beschadigt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van beschadigen
    • Beschadigt! 
     Hiermee beschadigt u mensen die dit niet hebben verdiend.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord beschadigt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.