bescheet
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bescheet (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·scheet
Werkwoord
vervoeging van |
---|
beschijten |
bescheet
- enkelvoud verleden tijd van beschijten
- Ik bescheet.
- Jij bescheet.
- Hij, zij, het bescheet.
- Ik bescheet.
Gangbaarheid
- Het woord bescheet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.