betuigde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  betuigde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·tuig·de

Werkwoord

vervoeging van
betuigen

betuigde

  1. enkelvoud verleden tijd van betuigen
    • Ik betuigde. 
    • Jij betuigde. 
    • Hij, zij, het betuigde. 
     Geen boeketje op de begrafenis namens GoSunny of een telefoontje van iemand van toi die zijn deelneming betuigde.[1]
  2. verbogen vorm van betuigd, voltooid deelwoord van betuigen

Gangbaarheid

  • Het woord betuigde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.