bewapende

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bewapende    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·wa·pen·de

Werkwoord

vervoeging van
bewapenen

bewapende

  1. enkelvoud verleden tijd van bewapenen
    • Ik bewapende. 
    • Jij bewapende. 
    • Hij, zij, het bewapende. 
  2. verbogen vorm van bewapend, voltooid deelwoord van bewapenen

Gangbaarheid

  • Het woord bewapende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.