bezeilt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bezeilt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • beĀ·zeilt

Werkwoord

vervoeging van
bezeilen

bezeilt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bezeilen
    • Jij bezeilt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bezeilen
    • Hij bezeilt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bezeilen
    • Bezeilt! 

Gangbaarheid

  • Het woord bezeilt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.