bisseerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bisseerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bis·seer·de

Werkwoord

vervoeging van
bisseren

bisseerde

  1. enkelvoud verleden tijd van bisseren
    • Ik bisseerde. 
    • Jij bisseerde. 
    • Hij, zij, het bisseerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord bisseerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.