blaas uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blaas uit    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blaas uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitblazen

blaas uit

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblazen
    • Ik blaas uit. 
  2. gebiedende wijs van uitblazen
    • Blaas uit! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblazen
    • Blaas je uit? 

Gangbaarheid

  • Het woord blaas uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.