bonjour

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bonjour    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bon·jour
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘tussenwerpsel: groet’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1617 [1]

Werkwoord

vervoeging van
bonjouren

bonjour

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bonjouren
    • Ik bonjour. 
  2. gebiedende wijs van bonjouren
    • Bonjour! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bonjouren
    • Bonjour je? 

Gangbaarheid

  • Het woord bonjour staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
86 %van de Nederlanders;
66 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen


Frans

Tussenwerpsel

bonjour

  1. goedemorgen, goedendag
Uitdrukkingen en gezegden
  • simple comme bonjour
    • doodeenvoudig
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.