bood

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bood    (hulp, bestand)
  • IPA: /bot/
Woordafbreking
  • bood

Werkwoord

vervoeging van
bieden

bood

  1. enkelvoud verleden tijd van bieden
    • Ik bood. 
    • Jij bood. 
    • Hij, zij, het bood. 
Vaste voorzetsels
  • bood aan

Gangbaarheid

  • Het woord bood staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
90 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.