boomgroepje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  boomgroepje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbomɣrupjə/ (3 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈbom.χrup.jə/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈbom.ɣrup.jə/
Woordafbreking
  • boom·groep·je

Zelfstandig naamwoord

hetboomgroepjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord boomgroep

Gangbaarheid

  • Het woord boomgroepje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.