boor uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  boor uit    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbor ˈœyt/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • boor uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitboren

boor (…) uit

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitboren
    • Ik boor uit. 
  2. gebiedende wijs van uitboren
    • Boor uit! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitboren
    • Boor je uit? 

Gangbaarheid

  • Het woord boor uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.