bosachtig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bosachtig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bos·ach·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen bosachtigbosachtigerbosachtigst
verbogen bosachtigebosachtigerebosachtigste
partitief bosachtigsbosachtigers-

Bijvoeglijk naamwoord

bosachtig

  1. met veel bossen
    • Het hotel was rustig gelegen in een mooie bosachtige omgeving 

Gangbaarheid

  • Het woord bosachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.