bouder
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bouder (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bou·der
Bijvoeglijk naamwoord
bouder
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van boud
Gangbaarheid
- Het woord bouder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Frans
Uitspraak
- Geluid: bouder (hulp, bestand)
- IPA: /bu.de/
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
bouder |
boudais |
boudé |
volledig |
Werkwoord
bouder
- pruilen, mokken, chagrijnig zijn
- mijden
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.