braakte uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  braakte uit    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbraktə ˈœyt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • braak·te uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitbraken

braakte (…) uit

  1. enkelvoud verleden tijd van uitbraken
    • Ik braakte uit. 
    • Jij braakte uit. 
    • Hij, zij, het braakte uit. 

Gangbaarheid

  • Het woord braakte uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.