braamde af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  braamde af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • braam·de af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afbramen

braamde af

  1. enkelvoud verleden tijd van afbramen
    • Ik braamde af. 
    • Jij braamde af. 
    • Hij, zij, het braamde af. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.