buah

Iban

Zelfstandig naamwoord

buah

  1. fruit, vrucht


Indonesisch

Woordafbreking
  • bu·ah

Zelfstandig naamwoord

buah

  1. vrucht
    «dua buah pisang»
    twee bananen
    «buah pena»
    pennevrucht
  2. na een telwoord om eenheden of exemplaren van grote, vormloze of abstracte zaken aan te duiden
    «lima buah kapal»
    vijf boten
    «beberapa buah rencana»
    verschillende plannen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.