buitenkomt

Uitspraak

• Geluid:  buitenkomt    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• bui·ten·komt

Werkwoord

buitenkomt

1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitenkomen
   

   • ... dat jij buitenkomt. 

2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitenkomen
   

   • ... dat hij buitenkomt. 

   ▸ Heel logisch, want ze denken allemaal dat ik een zonderling ben die nooit buitenkomt.^[1]

Gangbaarheid

• Het woord buitenkomt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen