cadeautje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  cadeautje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ca·deau·tje

Zelfstandig naamwoord

hetcadeautjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord cadeau
     Haar vingers speelden met de stelen van het bosje bloemen dat in een glazen vaasje stond. Een cadeautje voor haar moeder.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord cadeautje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.