certifieert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  certifieert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • cer·ti·fi·eert

Werkwoord

vervoeging van
certifiëren

certifieert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van certifiëren
    • Jij certifieert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van certifiëren
    • Hij certifieert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van certifiëren
    • Certifieert! 

Gangbaarheid

  • Het woord certifieert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.