cigaretter
Zweeds
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
- ci·ga·ret·ter
Naar frequentie | 2797 |
---|
Zelfstandig naamwoord
cigaretter
- nominatief onbepaald gemeenschappelijk geslacht meervoud van cigarett
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.