circumpolair
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: circumpolair (hulp, bestand)
Woordafbreking
- cir·cum·po·lair
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van polair met het voorvoegsel circum-
| 1 | stellend |
|---|---|
| onverbogen | circumpolair |
| verbogen | circumpolaire |
| partitief | circumpolairs |
| 2 | stellend | vergrotend | overtreffend |
|---|---|---|---|
| onverbogen | circumpolair | circumpolairder | circumpolairst |
| verbogen | circumpolaire | circumpolairdere | circumpolairste |
| partitief | circumpolairs | circumpolairders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
circumpolair [1]
- (astronomie) het gehele jaar zichtbaar zijnd aan de hemel
- zich rond de noord- of zuidpool bevindend, zich in de omgeving van een van de polen voordoend. Van flora en fauna gezegd
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord circumpolair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.