confabuleert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: confabuleert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- con·fa·bu·leert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
confabuleren |
confabuleert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van confabuleren
- Jij confabuleert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van confabuleren
- Hij confabuleert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van confabuleren
- Confabuleert!
Gangbaarheid
- Het woord confabuleert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.