conjugeerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: conjugeerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- con·ju·geer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
conjugeren |
conjugeerden
- meervoud verleden tijd van conjugeren
- Wij conjugeerden.
- Jullie conjugeerden.
- Zij conjugeerden.
- Wij conjugeerden.
Gangbaarheid
- Het woord conjugeerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.