convenieerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  convenieerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • con·ve·ni·eer·de

Werkwoord

vervoeging van
conveniëren

convenieerde

  1. enkelvoud verleden tijd van conveniëren
    • Ik convenieerde. 
    • Jij convenieerde. 
    • Hij, zij, het convenieerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord convenieerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.