crediteer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  crediteer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • cre·di·teer

Werkwoord

vervoeging van
crediteren

crediteer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van crediteren
    • Ik crediteer. 
  2. gebiedende wijs van crediteren
    • Crediteer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van crediteren
    • Crediteer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord crediteer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.