currere

Latijn

Uitspraak
  • IPA: /ˈkʊr.rɛˌrɛ/
Woordafbreking
  • cur·re·re
stamtijd
infinitief 1e pers. enk.
ind. praes. act.
1e pers. enk.
ind. perf. act.
supinum
currĕre curro cucurrī cursus
derde vervoeging volledig

Werkwoord

currĕre

  1. rennen
  2. haasten
  3. zich verplaatsen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.