daggelders

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  daggelders    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdɑɣɛldərs/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • dag·gel·ders
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

dedaggeldersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord daggelder

Gangbaarheid

  • Het woord daggelders staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.