decapiteert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: decapiteert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- de·ca·pi·teert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
decapiteren |
decapiteert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van decapiteren
- Jij decapiteert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van decapiteren
- Hij decapiteert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van decapiteren
- Decapiteert!
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.