delf

Uitspraak

• Geluid:  delf    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• delf

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘sloot’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1001 ^[1]

Werkwoord

delf

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van delven
   

   • Ik delf. 

2. gebiedende wijs van delven
   

   • Delf! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van delven
   

   • Delf je? 

Gangbaarheid

• Het woord delf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Werkwoord

delf

1. delven