demagogisch

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  demagogisch    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • de·ma·go·gisch
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen demagogischdemagogischer
verbogen demagogischedemagogischere
partitief demagogischdemagogischers-

Bijvoeglijk naamwoord

demagogisch [1]

  1. (politiek) als, van een demagoog, een volksmenner
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord demagogisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
82 %van de Nederlanders;
84 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.