denounce

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  denounce (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /di'naʊns/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudfranse denoncier.[1]
vervoeging
onbepaalde wijs to  denounce 
he/she/it  denounces 
verleden tijd  denounced 
voltooid
deelwoord
 denounced 
onvoltooid
deelwoord
 denouncing 
gebiedende wijs  denounce 

Werkwoord

denounce

  1. overgankelijk aan de kaak stellen, hekelen
  2. overgankelijk afkeuren
Synoniemen
  • [2] disapprove
Afgeleide begrippen
  • denouncement

Verwijzingen

  1. denounce, Online Etymology Dictionary
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.