dessen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dessen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • des·sen

Zelfstandig naamwoord

dedessenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord des

Gangbaarheid

  • Het woord dessen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Duits

Uitspraak
  • IPA: / ˈdɛsən /
Woordafbreking
  • des·sen

Betrekkelijk voornaamwoord

dessen

  1. wiens (genitief enkelvoud mannelijk en onzijdig van de betrekkelijke voornaamwoorden der en das)
    «Das Bett, dessen Matratze sehr hart war, habe ich verkauft.»
    Het bed, wiens matras erg hard was, heb ik verkocht.
Uitdrukkingen en gezegden
  • dessen ungeachtet
toch
Opmerkingen
  • Andere vormen:
  • deren, v / mv
wier, v / mv
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.