diagnosticeerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: diagnosticeerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- di·ag·nos·ti·ceer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
diagnosticeren |
diagnosticeerde
- enkelvoud verleden tijd van diagnosticeren
- Ik diagnosticeerde.
- Jij diagnosticeerde.
- Hij, zij, het diagnosticeerde.
- Ik diagnosticeerde.
Gangbaarheid
- Het woord diagnosticeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.