dichtklapte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dichtklapte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dicht·klap·te

Werkwoord

vervoeging van
dichtklappen

dichtklapte

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van dichtklappen
    • ... dat ik dichtklapte. 
    • ... dat jij dichtklapte. 
    • ... dat hij, zij, het dichtklapte. 
     In een schrikreactie liet hij het touwtje los, waardoor de luxaflex hard dichtklapte en de inhoud van de kamer weer door het duister werd opgeslokt.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord dichtklapte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.