dissocieert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dissocieert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dis·so·ci·eert

Werkwoord

vervoeging van
dissociëren

dissocieert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dissociëren
    • Jij dissocieert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dissociëren
    • Hij dissocieert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van dissociëren
    • Dissocieert! 

Gangbaarheid

  • Het woord dissocieert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.