doorprik

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  doorprik    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • door·prik

Werkwoord

vervoeging van
doorprikken

doorprik

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorprikken
    • ... dat ik doorprik. 
vervoeging van
doorprikken

doorprik

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorprikken
    • Ik doorprik. 
  2. gebiedende wijs van doorprikken
    • Doorprik! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorprikken
    • Doorprik je? 

Gangbaarheid

  • Het woord doorprik staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.