duimde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  duimde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • duim·de

Werkwoord

vervoeging van
duimen

duimde

  1. enkelvoud verleden tijd van duimen
    • Ik duimde. 
    • Jij duimde. 
    • Hij, zij, het duimde. 

Gangbaarheid

  • Het woord duimde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.