duolen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  duolen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • du·o·len

Zelfstandig naamwoord

deduolenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord duool
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.