eenoogje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eenoogje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • een·oog·je

Zelfstandig naamwoord

heteenoogjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord eenoog
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.