enkeltje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  enkeltje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • en·kel·tje

Zelfstandig naamwoord

hetenkeltjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord enkel
  2. een kaartje voor een reis van A naar B maar niet voor de reis terug van B naar A
    • Hij kocht een enkeltje naar Leipzig een terugreis had hij niet nodig. 
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord enkeltje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.