entrust

Engels

Uitspraak
  • IPA: /ɪnˈtɹʌst/
vervoeging
onbepaalde wijs to  entrust 
he/she/it  entrusts 
verleden tijd  entrusted 
voltooid
deelwoord
 entrusted 
onvoltooid
deelwoord
 entrusting 
gebiedende wijs  entrust 

Werkwoord

entrust

  1. toevertrouwen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.