factcheckte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  factcheckte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fact·check·te

Werkwoord

vervoeging van
factchecken

factcheckte

  1. enkelvoud verleden tijd van factchecken
    • Ik factcheckte. 
    • Jij factcheckte. 
    • Hij, zij, het factcheckte. 

Gangbaarheid

  • Het woord factcheckte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.