falta

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /falˈta/
Woordafbreking
  • fal·ta

Zelfstandig naamwoord

falta v

  1. gebrek, gemis, leemte
Verwante begrippen
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
faltar

falta

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van faltar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van faltar
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.