fermer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fermer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fer·mer

Bijvoeglijk naamwoord

fermer

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van ferm

Gangbaarheid

  • Het woord fermer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Frans

Uitspraak
  • IPA: /fɛʁ.me/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Latijnse firmare.
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
fermer
fermais
fermé
volledig

Werkwoord

fermer

  1. sluiten
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.