feuilleteren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  feuilleteren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • feuil·le·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Frans [1]

Werkwoord

feuilleteren [2]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
feuilleteren
feuilleteerde
gefeuilleteerd
zwak -d volledig
  1. doorbladeren
  2. maken van bladerdeeg

Gangbaarheid

  • Het woord 'feuilleteren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
38 %van de Nederlanders;
68 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.